woensdag 17 juli 2013

Kinderlogica

‘Denk je erom dat je vanmiddag je kamer opruimt?’ Goed, ik geef het toe. ‘S ochtends tijdens het tandenpoetsen, is niet helemaal het juiste moment om als moeder te gaan zeuren, maar het hoort nu eenmaal bij mijn taakomschrijving. Dus ga ik verder; ‘Morgen komt de schoonmaakster, dus  graag je rommel opruimen.’ Boos kijkt ze me aan. ‘Waarom moet dat? Ik hou van rommel in mijn kamer.’ Ik gooi er nog maar eens een cliché in en zeg; ‘als je later je eigen huis hebt, dan mag je zoveel rommel maken als je zelf wilt. En nu mond open. ’ Maar ze trekt bedenkelijk haar hoofd weg. ‘Wat nou als mijn man niet van rommel houdt?’ 
‘Tja, wat moet je dan,’ zeg ik, terwijl ik probeer niet te lachen, ‘heb jij een idee?’ Dat heeft ze.
‘Dan slaapt hij maar in een andere kamer. Eentje naast de badkamer, dan kan hij ook ’s nachts naar de wc zonder mij wakker te maken. Lekker rustig.’ Goed punt, lijkt me. Er valt niets tegenin te brengen. ‘Maar,’ vraag ik, ‘is dat dan gezellig? Wil je niet bij elkaar op één kamer slapen?’
Daar moet ze even over nadenken en dat geeft mij de kans om haar tanden te poetsen. Met een mond vol schuim zegt ze; ‘Oké. Dan verdelen we het later zo dat mijn man altijd alles opruimt en dat ik de badkamer poets, want dat vind ik leuk om te doen. Mama,  wanneer gaan wij weer eens samen de badkamer schoonmaken?’ 
‘Dat hoeft niet, want dat doet de schoonmaakster ook voor ons.’ Ik kan nog steeds zo intens gelukkig zijn als ze is geweest en ons huis weer straalt. Beste idee ever! Maar dat vindt mijn dochter niet. ‘Nou, ik vind het stom, en ik ga lekker niet opruimen’, zegt ze en veegt driftig de tandpasta van haar wang.  Die middag komt ze me halen. Ze heeft uit zichzelf haar kamer keurig netjes gemaakt, maar het zit haar toch nog dwars. ‘Als je maar weet dat ik later nooit een schoonmaakster neem. Want dan hoef ik lekker ook nooit mijn kamer op te ruimen.’
Logisch. Toch…?